Woordenlijst Politiek Jargon

De ChristenUnie Leiden biedt u een Woordenlijst Politiek Jargon aan. Hierin vindt u veel begrippen die ambtenaren en politici gebruiken, verklaard in normaaltaal.

Rechts op deze pagina vind u hoe en wat in gebruik

Veel plezier ermee.

Mist u nog iets in deze woordenlijst, laat het ons weten via info@leiden.christenunie.nl.

Woordenlijst Politiek Jargon

Dagelijks Bestuur, DB

Laatst gewijzigd op: 15-02-2007 17:31
In de gemeentepolitiek wordt het Dagelijks Bestuur ook Gemeentebestuur genoemd en bestaat dit bestuur uit de burgemeester en wethouders (en de hun toegewezen ambtenaren). De provinciale politiek heeft Gedeputeerde Staten met gedeputeerden en in de landelijke politiek zijn het Kabinet met de minister-president en de ministers (samen met hun ambtenaren) de dagelijks bestuurders. Voor Leiden zie website gemeente.

Decentralisatie

Het overdragen van meer verantwoordelijkheden en bevoegdheden naar lagere overheden (bijvoorbeeld van het rijk naar de gemeenten). Concreet kan dit leiden tot overheveling van taken (en de daartoe benodigde middelen) van de centrale overheid naar andere overheden. Daardoor wordt gehoopt op een betere afstemming op de regionale of plaatselijke behoefte. De gedachte achter decentralisatie is dat wat een lagere overheid ook kan regelen moet worden geregeld op een zo laag mogelijk niveau om de lijnen tussen uitvoering en mensen over wie het gaat zo kort mogelijk te laten zijn. Meer informatie over Decentralisatie

Demissionair

Als een wethouder of college demissionair is, betekent het dat de mensen zijn ontslagen, maar nog wel de lopende zaken moeten afronden en overdragen aan de nieuwe bestuurders. Belangrijke beslissingen mogen niet meer worden genomen maar moeten worden overgelaten aan de nieuwe bestuurders. Er word altijd een lijst gemaakt met onderwerpen die gevoelig zijn en waar geen definitieve (niet meer ongedaan te maken) beslissingen mogen worden gemaakt. Deze lijst word dan getoetst door de gemeenteraad.

Democratie

Laatst gewijzigd op: 14-02-2007 11:33
Staatsvorm waarin (een vertegenwoordiging van) het volk de hoogste macht heeft die een overwegende invloed heeft op het beleid van gemeenten, provincies en rijk. Omdat het regeren van een land echter onmogelijk is als er grote groepen moeten beslissen word er altijd gekozen voor het benoemen van een wettelijke vertegenwoordiging. In Nederland is dat op landelijk niveau (Kabinet (dagelijks bestuur) gecontroleerd door Parlement/ Tweede Kamer en Senaat/ Eerste Kamer), regionaal niveau (Gedeputeerde Staten (dagelijks bestuur) gecontroleerd door Provinciale Staten) en lokaal niveau (College van Burgemeesters en Wethouders gecontroleerd door Gemeenteraad) geregeld. Democratie wordt ook wel eens vereenvoudigd tot 'de meerderheid beslist' of zelfs Politici zijn de baas. Meer informatie over Democratie.

Deregulering

Het afschaffen, vereenvoudigen of versoepelen van regelingen en wetten die de overheid oplegt aan bedrijven, instellingen en burgers. Doel hiervan is bevordering van veerkracht en aanpassingsvermogen aan de economie en het vermijden van onnodige bureaucratie en onnodig hoge kosten ten gevolge van ondoelmatige of inefficiënte regelgeving. Deregulering word ook wel gebruikt om mensen hun eigen verantwoordelijkheid te laten nemen in plaats van alles te regelen in wetten en voorschriften. Het komt daardoor tegemoet aan de roep om vermindering van (erg onpersoonlijke en veel invulwerk verschaffende) bureaucratie

Dialogische democratie

Dialogische democratie betekent dat er een actieve wisselwerking bestaat tussen overheden en burgers bij de totstandkoming en de uitvoering van het beleid (met andere woorden: de gemeente gaat in gesprek met (groepen) burgers om tot besluiten te komen). Dit kan door de het maken van publieke ruimtes waar individuen de kans krijgen hun verhaal te doen, hun ervaringen, meningen en argumenten te toetsen aan die van anderen. Dit model inzake democratie benadrukt dat enkel als burgers in de discussie betrokken worden, de kans bestaat dat beleidsmaatregelen gepaard gaan met de noodzakelijke wijzigingen in levensstijlen en dat er veel mensen het redelijkerwijs eens kunnen zijn met de genomen beslissingen (en dus draagvlak vormen voor genomen besluiten).

Districtenstelsel

In bijvoorbeeld Groot-Brittannië vertegenwoordigt elk parlementslid een bepaald district, waar hij of zij gekozen is. In zo'n districtenstelsel is per district één parlementszetel te vergeven, die toevalt aan de kandidaat met de meeste stemmen. Stemmen op de overige partijen in dat district gaan verloren. Voor kleine partijen is het moeilijk om binnen dit systeem zetels te veroveren. Zo hebben de Britse Liberaal-Democraten met 16,8% van de stemmen maar 7% van de zetels in het parlement. In de meeste landen met een districtenstelsel wordt de politiek dan ook beheerst door twee grote partijen, die afwisselend de meerderheid hebben. Er bestaan ook varianten van het districtenstelsel waarin per district meer dan één zetel verdeeld wordt. Kleinere partijen hebben binnen die variant iets meer kans om in het parlement te komen. Het belangrijkste voordeel van het districtenstelsel is volgens voorstanders dat parlementsleden dichter bij hun kiezers staan. Meer informatie over Districtenstelsel

Driehoeksoverleg

Overleg tussen drie overheidsinstanties. Leidinggevenden van justitie, politie en de burgemeester praten met elkaar over het politie- en veiligheidsbeleid. Bijvoorbeeld over maatregelen die moeten worden genomen om overlast rond oud- en nieuwviering te beperken. Meer informatie over Driehoeksoverleg

Duaal stelsel

Sinds 2001 is er sprake van een scheiding tussen bestuur (burgemeester en wethouders) en controle op het bestuur (gemeenteraad). Deze stap is gemaakt om een duidelijker onderscheid te maken. Daarbij is ook de mogelijkheid gemaakt om mensen die niet aan de verkiezingen hebben meegedaan te benoemen tot wethouder (mensen met veel kennis van specifieke onderwerpen kunnen dus ook benoemd worden. De gemeenteraad heeft bij het duale stelstel tevens de eindverantwoordelijkheid gekregen over de uitgaven van de gemeente. Daarom moet de gemeenteraad altijd toestemming geven voor uitgaven die een wethouder wil doen (als het om een groter bedrag gaat dan vooraf bepaald , anders hoeft enkel achteraf verantwoording afgelegd te worden). Meer informatie over dualisme

Dualisme

In de politiek is sinds 2002 een wet van kracht (wet dualisering gemeentebestuur) die er voor zorgt dat een wethouder of burgemeester als bestuurder los staat van de politieke partij die hem of haar controleert. Voor deze wet was het mogelijk dat een bestuurder van een stad zijn eigen voorstellen afkeurde als deze persoon ook in de gemeenteraad zat, wat tot nogal verwarrende situaties leidde. In de Tweede Kamer is nog steeds sprake van een grote mate van monisme. Monisme houdt in dat een politieke partij zich houdt aan afspraken die bestuurders maken (bijvoorbeeld het regeerakkoord). Meer informatie over dualisme

Duin- en Bollenstreek

Gebied van verschillende dorpen in Zuid Holland waarin duingebied en bollengrond veel voorkomt. Dit specifieke gebied omvat de plaatsen Hillegom, Katwijk, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout, Rijnsburg, Valkenburg en Voorhout. Je zou kunnen zeggen dat het gebied ligt tussen de snelweg A44 en de Noordzeekust. Leiden, Oegstgeest en Warmond zijn later in het Holland Rijnland samenwerkingsverband mee gaan praten over bestuurlijke samenwerking. In de Duin- en Bollenstreek is het Pact van Teylingen van kracht, waarin harde afspraken staan over bebouwing (de zogenaamde rode contouren) enerzijds en bollen- en duingebied anderzijds.

Duo-raadslid (ook wel burgerraadslid genoemd)

Een assisterend raadslid, die bij verkiezingen op een kieslijst hoort te staan. Wordt in sommige gemeenten burgerraadslid genoemd. Deze assisteert vooral bij kleinere partijen door in de commissies deel te nemen. Afhankelijk van de gemeente mag een fractie drie of vier duo-raadsleden hebben. In Leiden is dit aantal echter vrij tot maximaal 30 personen. Mocht een duo-raadslid worden aangesteld zonder op de kieslijst te hebben gestaan bij de laatste verkiezingen, dan heeft deze geen stemrecht en wordt fractie assistent genoemd (max. 2 per partij). Hij/ zij mag wel meediscussiëren en een raadslid tijdens een vergadering vervangen. Zie ook: functie duo-raadslid, gedragscode duo-raadslid

Duurzame economie

Een economie waarin groei, versterking van de concurrentiekracht en een toename van de werkgelegenheid gecombineerd wordt met een beter beheer van de ruimte, de natuur en een vermindering van de milieudruk.